Vermijden van moeilijke situaties met je hond
Als je het (uitval-)gedrag van je hond succesvol wilt veranderen, is één van de belangrijkste adviezen dat je zoveel mogelijk moeilijke situaties voor je hond moet voorkomen. Er wordt nog wel eens gezegd dat dat iets is dat bij BAT hoort, maar dat is niet waar. Elke goede trainingsmethode benadrukt dat je moet voorkomen dat je hond in een situatie terecht komt die hij op dat moment (nog!) niet aankan. Het klopt dat dat in de praktijk niet altijd even gemakkelijk is. In dit artikel leg ik je uit waarom je toch alles op alles moet zetten om dat te proberen.
Als je hond gedrag laat zien dat je liever niet wilt, wordt dat heel vaak veroorzaakt door een negatieve emotie zoals angst (meestal), frustratie of boosheid. Je hond doet in reactie op die emotie iets om een einde te maken aan de situatie die tot die emotie geleid heeft. Als gevolg daarvan leert je hond, dat zijn gedrag werkt. Het zorgt ervoor dat die vervelende situatie ophoudt en dus is er een grote kans dat hij een volgende keer opnieuw zich zo gaat gedrag.
Als voorbeeld: je hond vindt een tegemoetkomende hond eng (de negatieve emotie). In reactie daarop gaat hij blaffen (het gedrag). De andere hond verdwijnt (want jouw hond weet niet dat de eigenaar al van plan was om door te lopen). Je hond is daarna opgelucht, want datgene dat hij eng vond is weg. Omdat hij geblaft heeft (denkt hij). Dus leert je hond; blaffen werkt als ik iets eng vind. De kans dat hij een volgende keer opnieuw op die manier reageert, is erg groot.
Dit leerprincipe (negatieve bekrachtiging is de officiële term) is de belangrijkste reden waarom je moet proberen om situaties die voor jouw hond moeilijk zijn, zoveel mogelijk te vermijden. Zeker als je wilt dat je training effect gaat hebben. Daarnaast is het voor de stress en het welzijn van je hond natuurlijk erg prettig als je hem niet onnodig in situaties brengt die hij ertoe leiden dat hij bang, gefrustreerd of boos wordt.
Stap terug
Als je met je hond traint om zijn emotie te veranderen, leer je hem eigenlijk dat datgene dat hij eng vindt niet eng is maar juist de aankondiging van iets leuks. Of dat het iets neutraals is. Dat doe je bijvoorbeeld met BAT, maar kan ook met andere methodes waarbij je iets positiefs koppelt aan iets dat je hond spannend vindt. Wel op zo'n manier dat je hond er nog niet erg veel stress van heeft, want anders werkt je training niet.
Je leert je hond bijvoorbeeld dat een andere hond niet eng is, maar dat het voorspelt dat hij iets heel lekkers krijgt, dat je met hem gaat spelen en dat hij niet er naar toe hoeft maar dat je hem helpt om de afstand groter te maken.
Hoe geloofwaardig denk je dat je voor je hond bent, als je hem vervolgens op andere moment blootstelt aan andere honden in situaties waarin hij niet iets krijgt of hij de afstand niet groter mag maken?
De ene keer (in training) is het helemaal leuk en top, maar op andere momenten staat er plotseling een loslopende blaffende hond voor zijn neus en kun je weinig meer doen...
Het is een stap terug in je training en als dat regelmatig gebeurt, kun je net zo goed stoppen met trainen. Want de balans slaat door naar negatieve associaties in plaats van naar positieve associaties. Het is dus erg belangrijk om confrontaties en moeilijke situaties zoveel mogelijk te vermijden (ik schreef daar ook al eens dit artikel over).
Nu is het in de praktijk niet altijd gemakkelijk om moeilijke situaties te vermijden. Dat weet ik maar al te goed. Ik vind wel dat eigenaren soms makkelijk zeggen: "maar het kan niet anders", terwijl er met enige creativiteit best nog wel iets te doen valt. Waar kun je bijvoorbeeld aan denken?
- Ga wandelen op een groot industrieterrein of een grote parkeerplaats. De kans op andere honden is hier een stuk minder groot dan bv. in het park, het bos of op het strand.
- Ga wandelen op buitenaf-weggetjes en -paden, waar je overzicht hebt over wat je tegemoet komt en waar je de afstand gemakkelijk kunt vergroten.
- Neem ALTIJD voer mee op je wandeling en dan niet het eerste de beste maar echt heel lekker voer, zodat je kunt strooien en je hond kunt motiveren om te snuffelen terwijl de andere hond passeert.
- Pak de auto en ga niet meer wandelen in de wijk.
- Als je in een appartement/flat woont en je moet een galerij over of de lift in, is een doggyride (die je kunt ombouwen naar 'wandelwagen') een goede optie. Ook als je écht niet met de auto weg kunt, kan het een optie zijn om je hond in elk geval door moeilijke stukken te krijgen.
- Plan je wandelingen op andere momenten dan wat gangbaar is. Bv. vroeg in de ochtend, niet rond het middaguur...
- Als je hond voldoende mentale en fysieke uitdaging krijgt, hoéft hij niet vier keer per dag een wandeling te maken. Drie keer wandelen is ook voldoende en misschien kun je de laatste keer voor de avond wel in je tuin (eventueel een stukje afzetten) laten plaatsvinden. Dat scheelt weer één tot twee potentieel moeilijke situaties per dag.
Vanzelfsprekend is het niet de bedoeling dat je het hele leven van je hond op deze manier aan de wandel gaat (maar als je dat geen probleem vindt, is het natuurlijk prima om het wel te doen!). Maar totdat je je hond met behulp van training de vaardigheden hebt aangeleerd om om te gaan met voor hem moeilijke situaties, is het zoveel mogelijk voorkomen van ongewenste leerervaringen essentieel. En nogmaals; dat geldt zeker niet alleen voor BAT, maar voor elke trainingsmethode!
Overigens geldt het principe van moeilijke situaties voorkomen ook niet alleen voor uitvallende honden. Ook voor honden die in andere situaties en met ander gedrag een negatieve emotie hebben, geldt dit principe. Denk aan honden die bang zijn voor (bepaalde) geluiden, niet alleen kunnen zijn of niet in de auto durven. Eerst zul je die situaties moeten voorkomen terwijl je op andere momenten traint.
Dit artikel is geschreven door Monique Bladder, hondengedrag-specialist. Overname is zonder toestemming per mail niet toegestaan.